1 juli 2018 – Bouwen doe je niet alleen. Ik vind het goed om mijn werk naar buiten te brengen en ik hoor graag wat mensen ervan vinden. De woningen aan het Churchillpark waren vorige week open voor bezichtiging door de relaties van mijn bureau. In de kantine van FC Boshuizen gaf de urbanist Arie Lengkeek na afloop een komische stand-up review weg. Althans, dat was de bedoeling. Behalve grappig en terzake, was zijn verhaal goed voorbereid. Hij hield een pleidooi voor een Architectuur voor Varkens. Het was immers Sir Winston Churchill zelf die zei: ‘I am fond of pigs. Dogs look up to us. Cats look down on us. Pigs treat us as equals.’ Volgens Arie moet architectuur hetzelfde doen: de bewoners van de stad recht in de ogen kijken.

Het was een mooi opstapje naar een toelichting van Karin Templin op het boek dat zij over mijn werk schreef. De titel ‘Street Architecture’ beoogt iets dergelijks te zeggen. Maar hoe kom je tot een architectuur van de straat? Volgens Karin leer je dat van heel oude steden als Florence. In de renaissance bogen grote architecten zich over de vraag hoe je een begrijpelijke architectuur voor de stad kunt maken.

Er kwamen veel bekenden naar deze bijeenkomst. Op de foto staan Marjolein van Eig (oud-student en medeontwerper van het kunstgebouw the Bluecoat in Liverpool), Karin Templin, Paul Vermeulen (een Vlaamse collega die ik vanaf de tentoonstelling ‘Hernemingen’ in De Singel in 1996 bewonder en die hopelijk nog eens een professoraat in Nederland accepteert) en Michel Zaan (oud-medewerker, de rust zelve, Das Bauerkabinet in Vlaanderen) die allen mijn werk beïnvloedden.

Varkens.

 

(foto: Jan Paul Mioulet / DAPh)

Met dank aan Den Daas Baksteen. Lees ook het verslag op Architectenweb.